In het Spelreglement hockey is beschreven dat veldspelers (en doelverdedigers die als vliegende keep spelen) scheen- en enkelbeschermers dienen te gebruiken.
Dit betekent dat spelers zonder deze beschermers niet mogen meedoen. Constateer je dit voor de wedstrijd of tijdens de rust dan zorg je er als scheidsrechter voor dat deze speler scheenbeschermers aantrekt voordat de wedstrijd begint. Doet de speler dit niet dan mag hij helaas niet hockeyen. Excuses dat een speler zijn scheenbeschermers is vergeten of dat ze niet lekker zitten zijn niet relevant. Om blessures te voorkomen is deze regel weloverwogen ingevoerd.
Als je tijdens de wedstrijd constateert dat een speler geen beschermers aan heeft, dan hoef je de wedstrijd niet à la minute stil te leggen. Zorg er dan voor dat de speler bij het eerst volgende moment dat de wedstrijd stilligt (na een fluitsignaal of als de bal buiten het speelveld komt) zijn scheenbeschermers gaat aantrekken. Doet hij dat niet, dan mag hij niet verder meespelen. Stel nu dat iemand hier vervelend over doet en toch wil blijven meespelen, dan zal de scheidsrechter aan de aanvoerder vragen om er voor te zorgen dat de speler uit het veld gaat. Als iemand zelfs dan nog lastig blijft doen, dan kun je hem/haar een persoonlijke straf opleggen. Het spreekt voor zich dat je dat zoveel mogelijk moet zien te voorkomen. |